Voor mijn verjaardag kreeg ik het boek Visserstruien van Stella Ruhe en toen ik daar voor het eerst doorheen bladerde kreeg ik gelijk de breikriebels. Deze maand woon ik 4 jaar in Breskens (vlakbij het strand dus) en om dat te vieren heb ik een visserstrui opgezet. Helaas staat er in het boek geen patroon voor een Bressiaanse trui dus brei ik gewoon de eerste de beste leuke die ik zag: de trui uit Den Helder.
“Met 60 breipatronen” staat er ook de voorkant van het boek. Nou, “patronen” is een groot woord. Het gemiddelde patroon gaat ongeveer zo:
Koop wol. Brei een stekenproef. Brei een trui in jouw maat aan de hand van jouw stekenproef met de motiefjes die jij mooi vindt. The end.
Voorin staat wel een uitgebreide uitleg met hoe je je steken en motiefjes moet indelen maar als je een beginnende brei(st)er bent of nog nooit een trui hebt gebreid zonder duidelijk patroon die je precies vertelt wanneer je wat met hoeveel steken moet doen dan kan het misschien een beetje overweldigend zijn. Misschien kan ik die brei(st)ers een beetje op weg helpen met een uitleg hoe mijn trui tot stand is gekomen.
We beginnen bij het begin. Het garen dus. Visserstruien werden vroeger meestal gebreid in maar een paar kleuren. Blauw, grijs of wit. Tegenwoordig hebben we natuurlijk veel meer keus dus kies een kleur die jij het mooist vindt. Toevallig hou ik erg van blauw dus over die keuze hoefde ik niet lang na te denken. Ik wilde niet al te dun garen en het liefst echte wol. Ik kwam uit op Superlana van Lana Grossa.
Het boek zegt dat je ongeveer 1600-1800 m nodig hebt. Vorig jaar breide ik een trui met vergelijkbaar garen en een ongeveer evenlange looplengte als Superlana en voor die trui gebruikte ik 14 bollen. De vissertrui wordt smaller en korter dan die trui maar ik heb altijd graag een bolletje extra voor de zekerheid. 14 bollen zou dus meer dan genoeg moeten zijn. Over een week of wat weten we zeker of mijn gedachtegang klopte…
Ik heb een proeflapje gemaakt (braaf!) en eigenlijk had ik die eerst moeten wassen en opspannen. Ik ben lui en ongeduldig dus dat heb ik niet gedaan (foei!). Mijn luie proeflapje vertelde me dat ik 20 steken en 26 naalden nodig heb voor 10 cm. Mijn trui moet 52 cm breed worden, dus 104 cm in het rond. Rekendereken… ik heb 208 steken nodig. Het motiefje dat ik erin wil breien is 8 steken breed dus mijn aantal steken moet deelbaar zijn door 8. Nog meer rekendereken…208 is deelbaar door 8! Hoera, alsof het zo heeft moeten zijn.
Voor het boord zette ik 200 steken op met rondbreinaald nummer 3½. Na 5 cm boordsteek meerderde ik 8 steken in de laatste naald boordsteek, dus om de 25 steken een steekje erbij. Ik wisselde de 3½ voor rondbreinaald nummer 4 en toen begon het leuke gedeelte: het motiefje. Ik heb er vreselijk veel lol in tot nu toe. Het motiefje is makkelijk zodat ik niet steeds op het patroon te hoeven loeren maar afwisselend genoeg om leuk te blijven.
Wil je meer lezen over visserstruien dan is Zeeuwse Visserstruien een heel leuk blog met heel veel (nieuwe) informatie. De visserstruien Facebookpagina staat ook boordevol verhaaltjes en prachtige foto’s.
Ter afsluiting wil ik graag nog even Pull Gaspard laten zien want die is af! Hij moet nog even gewassen en dan kan het op de post naar het meisjeskind dat er hopelijk inpast.
Patroon: Pull Gaspard. Gebruikte garen: Phildar Partner 3.5. Kleur: Bleuet 025.
Ook leuk om te lezen..
Doe mee met de edding Feesttekenweken





